‘Ik ga LinkedIn oppakken’
Gepubliceerd in dagblad Trouw, 29 oktober 2011.
De eerste vrouwelijke premier van Nederland wilde ze worden. Niet veel politici maken zo’n turbulente carriere door als Rita Verdonk. Ze werd drie keer minister en ze stond later met haar eigen partij op 26 zetels in de peilingen. Er is er geen meer van over. Verdonk stopte vorige week met de politiek. Ze adviseert nu ondernemers .
Ze draait haar hoofd naar rechts: “Moet ik in de camera kijken?”, vraagt ze de fotograaf. Ex-politica Rita Verdonk (56) herschikt haar kleurige sjaal en kijkt hoofd opgeheven en glimlachend in de lens. Precies met diezelfde ‘recht- doorzee- blik’ van toen ze vier jaar geleden haar partij Trots op Nederland lanceerde. Vorige week maakte ze bekend dat ze een punt zet achter haar politieke carrière.
Niet veel politici maken zo’n bliksemcarrière door als Rita Verdonk. Uit het niks werd ze in 2003 minister van Vreemdelingenzaken en Integratie. Ze kreeg later als nummer twee op de lijst van de VVD meer voorkeursstemmen dan lijsttrekker Mark Rutte, en met haar eigen partij Trots op Nederland stond ze in de peilingen op 26 zetels. Die tijd is alweer een paar jaar voorbij. Haar partij haalde de afgelopen verkiezingen niet één zetel in de Tweede Kamer. Dit jaar zocht ze naar een andere invulling van haar leven. Ze gaf een tijdje vrijwillig les op een zwarte vmbo-school en ze solliciteerde naar de functie van directeur van het Gemeentelijk Vervoersbedrijf Amsterdam.
Ze heeft huilbuien gehad, zeker. Haar man had de afgelopen weken heel wat met haar te stellen, vertelt ze in het Van der Valk Hotel in haar woonplaats Nootdorp. Het deed vooral pijn afscheid te nemen van de mensen met wie ze haar ‘Trots’ oprichtte. Maar, zegt ze ferm: “Ik wil weer geld verdienen. Ik wil van dat wachtgeld af; nog nooit van mijn leven heb ik een uitkering gehad. Ik wil eruit. Klaar.” Ze zegt het met de stelligheid die iedereen inmiddels van haar kent; ‘IJzeren Rita’.
Een doorzetter is ze; na haar gedwongen vertrek bij de VVD ging ze meteen verder als eenmansfractie, en werkte ze op de zolder van het Tweede Kamer-gebouw stug door aan haar plannen. Verdonk: “Ik heb veerkracht. Maar de afgelopen maanden miste ik de energie. En ik ben wel het type om dan meteen de knoop door te hakken.” Een opluchting is het geenszins vindt ze: “Eerder een rouwproces. Je hebt zo hard gestreden en je bent zo blijven staan voor je punten, dan doet stoppen echt pijn.” Vorige week belde ze eerst haar ouders op om hen het nieuws te vertellen. Als ze in het verleden van functie wisselde, morde haar vader altijd wat. “Maar dit keer had hij zoiets van; ‘Het is goed zo. Je hebt zo ontzettend veel meegemaakt in die acht jaar. Neem maar wat rust.’ Al weten zij best dat ik die rust nooit ga krijgen, daar heb ik veel te veel energie voor.’
Vorig jaar begon ze met Rita Verdonk bv. Van een leien dakje ging het niet gelijk: “Sinds 1983 heb ik altijd secretaresses gehad, opeens zat ik zelf achter die laptop facturen te schrijven en afspraken te maken. Toen dacht ik wel: ‘Wat hebben die secretaresses de afgelopen jaren eigenlijk veel voor mij gedaan!’ Ze gaat LinkedIn ‘oppakken’, en haar website moet nog aangepast, vertelt ze. Inmiddels krijgt Rita Verdonk bv. steeds meer opdrachten. “Dat was ook een van de redenen dat ik op het punt kwam dat ik een beslissing moest nemen; Vanuit Trots bleven er allemaal klusjes op mij afkomen, maar mijn bedrijf leverde ook steeds meer werk op.” Zo helpt ze tegenwoordig ondernemers die vastgelopen zijn in hun werk, en adviseert ze ondernemingen hoe om te gaan met het ‘ondoorzichtige moeras van politiek, overheid en bureaucratie’, zo staat op haar website. Ook geeft ze lezingen over haar ervaringen in de politiek. Die lopen helaas nog geen storm, vertelt ze.
Haar advies en coaching geeft ze op basis van haar ervaring. Eerst als ambtenaar, later als politicus. Op haar 28ste begon Verdonk als adjunct directeur van het huis van bewaring in Scheveningen, het was haar eerste baan: “Ik was nog een groentje en ik moest leiding geven aan mannen in het middenkader. Zij gaven op hun beurt weer leiding aan de bewaarders. Die mannen kwamen allemaal uit de scheepvaart daar ging het toen erg slecht en ze zochten werk op het vasteland.” Van hen heb ik heel veel geleerd, vertelt ze. “Zij waren het die mij een spiegel voorhielden, en ze lieten mij zien hoe belangrijk het is betrouwbaar te zijn en een duidelijke lijn uit te zetten. Dat geldt natuurlijk zeker in zo’n bajes.” Vier jaar lang werkte ze in Scheveningen, daarna was ze vier jaar plaatsvervangend directeur bij een gevangenis in Rotterdam.
Mensenkennis, dat is wat ze daar leerde, vertelt ze. “Ik begon met het idee dat gedetineerden de slachtoffers van de samenleving zijn, nou daar ben je na een half jaar wel vanaf. Je ziet wie het eigenlijk heel moeilijk hebben; dat zijn de bewaarder die daar iedere dag tussen moeten zitten. En die als iemand voor de tiende keer binnenkomt moeten zeggen: ‘Welkom, we gaan weer werken aan je resocialisatie’.”
Als klein meisje wilde Rita Verdonk eigenlijk non worden: “Ik wilde bij de Missie. Ik had bij de nonnen op de kleuterschool gezeten, en dat leek me wel wat.” Al snel zag ze daar weer vanaf, maar het duurde nog een hele tijd voor ze de beslissing nam de politiek in te gaan. Een jaar voor ze minister werd meldde ze zich aan als lid van de VVD: “Ik ben heel lang ambtenaar geweest, en ik vind dat je als ambtenaar geen lid moet zijn van een politieke partij, al gebeurt dat trouwens wel vaak. Toen ik bij KPMG werkte begon ik de publieke zaak te missen. Een aantal vrienden van mij waren lid van de VVD, ik ben daarom hier in Nootdorp wat gaan rondkijken.”
“Daarnaast”, vertelt ze, “had ik in die periode een aantal aanvaringen met ambtenaren van de gemeente: Het ging over een ruimtelijke ordeningszaak. Ze behandelden mij niet als cliënt, maar meer als een parasiet. En dat in mijn eigen woonplaats.” Ze kon zich er destijds erg druk om maken. Niet lang na haar intrede tot de partijraad van Nootdorp werd ze geïntroduceerd bij het partijkader van de VVD, en stond ze bovenaan op ‘het lijstje’ voor een ministerpost bij Gerrit Zalm.
Conflicten en incidenten zijn haar niet vreemd. Zeker niet tijdens haar periode als minister van Vreemdelingenzaken en Integratie: Een imam wilde haar hand niet schudden. Persoonlijke informatie over asielzoekers werd doorgespeeld naar Congo. En ze verkondigde dat er op straat alleen nog maar Nederlands gesproken mocht worden. Maar wat het meest in het oog springt is de zaak Ayaan Hirsi Ali in 2006. Toen stelde Verdonk dat kamerlid en vriendin Hirsi Ali had gelogen tijdens haar naturalisatieproces. Uiteindelijk viel het kabinet over de kwestie.
“Met mij is het niet saai”, zegt ze. Dan met een grote lach: “Die vier jaren als minister waren fantastisch; dán kun je echt besluiten nemen en resultaten bereiken.” Als ze van de keuken naar haar werkkamer loopt denkt ze zeker nog wel eens terug aan die tijd: “Ik heb wel een eigen opgang, maar het is even wennen: ik heb geen beveiliging meer, en ik heb ook geen dienstauto. Nooit meer ga ik met een zwaailicht over de vluchtstrook. Nu kan ik natuurlijk denken: ‘Wat erg.’ Maar ik weet wel hoe het voelt, en dat is genoeg.”